Onderzoek
Laudatio uitgesproken door prof. dr. R. De Bock-Doehaerd
FACULTEIT DER LETTEREN EN WIJSBEGEERTE
Laudatio van Prof. Dr. J. Aler,
door Prof. Dr. R. De Bock-Doehaerd,
Decaan van de Faculteit
Geachte Toehoorders,
Indien de Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte de Heren Jean-Marie ALER, Bernhard Hendrik SLICHER VAN BATH en Cornelis REEDIJK het ere-doctoraat heeft willen toekennen dan heet dit gebaar de uiting van een geloof in de waarde en de betekenis van hun zijn als wetenschapsmens en als mens in de wetenschap.
Collega Aler,
Onder de huidige beoefenaars van de schoonheidsleer treedt U op als internationaal vermaarde figuur. U geniet van een even grote invloed en een even groot succes als Uw collega historicus.
De wegen naar dit prestige en deze wereldfaam lagen bij U echter anders. U hebt niet één enkele belangstelling op verscheidene plannen ontwikkeld, maar twee interesses hebben Uw geest apart van elkaar in beslag genomen, om later tot één symbiose te vergroeien in de esthetica, die tenslotte centraal geworden is in Uw denken. U hebt een dubbele vorming gekregen als germanist en als filosoof in Amsterdam en in Freiburg in Breisgau. In Amsterdam haalt U in 1947 het doctoraat in de Germanistiek met een proefschrift « Im Spiegel der Form » Een essai van fenomenologische hermeneutiek, toegepast op de poëzie van Stephan George. U was toen al lector in de filosofie aan de Academie voor Architectuur te Amsterdam en werd in 1954 als werkleider verbonden aan het seminarie voor filosofie aan de Universiteit te Utrecht. Nochtans wordt U in 1956 gevraagd als hoogleraar voor Duitse letterkunde aan de Leidse Universiteit. Eerst in 1965 wordt U benoemd tot hoogleraar in de esthetica aan de Universiteit te Amsterdam, waar U ook sinds 1967 de leerstoel voor filosofie van de beschaving bekleedt. Nog in datzelfde jaar wordt onder Uw impuls het Instituut voor Esthetica aldaar opgericht. Diepzinnige en grondige analyse van literaire en filosofische werken heeft U bij het probleem van de waarden gebracht. Uw innige vertrouwdheid met de Franse, Nederlandse en vooral Duitse literatuur en filosofie vanaf Goethe heeft in U een uitzonderlijke gevoeligheid ontwikkeld voor het mysterie van de vorm en de evolutie van zijn problematiek. Hiervan getuigen Uw zeer gewaardeerde studies over het denken van Goethe en zijn tijdgenoten, en Uw leerrijke studies over de wording van de esthetica in de achttiende eeuw.
Als mens van nu hebt U delicate analyses gewijd aan onze eigentijdse cultuurfilosofie en cultuurcrisis, aan de verhouding tussen rationaliteit en intellectualisme, de functie van de literatuur, de modaliteiten in de taal, de relatie tussen creativiteit en woord, de dialectiek tussen scholing en creativiteit, aan de hiërarchie in het schone.
U hebt meer dan honderd publicaties op Uw naam over de reeds aangehaalde thema’s. U bent Secretaris-Generaal van het Internationaal Comité voor Esthetica, gewoon lid van de Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen en corresponderend lid van de Duitse Akademie für Sprache und Dichtung te Darmstadt. U bent Directeur of maakt deel uit van de redactieraden van de belangrijkste tijdschriften voor esthetica.
Ook U collega Aler, hebt zich bijzonder bereidwillig getoond tegenover licentiaten. Ook U hebt Uw tijd, werk en Uw wetenschap hun ter beschikking gesteld.
Collega, indien de Faculteit der Letteren en Wijsbegeerte U het eredoctoraat heeft willen toekennen, dan betekent dit een blijk van waardering, van dankbaarheid, van genegenheid.