Vrijzinnige verhalenavonden
Alvin De Coninck over Meldert, Leuven en processie
Alvin De Coninck: Om wat regionale ervaring op te doen, zal ik in het begin van de jaren negentig vanuit Leuven naar Hoegaarden trekken en naar deelgemeente Meldert. Ik werd daar geconfronteerd met de processie die eeuwenoud zou zijn en nog elk jaar uitging. Dit vormt de aanleiding voor een echt volksfeest in Meldert.
Dat eeuwenoude moet wel gerelativeerd worden, want ik heb het een keer nagekeken. De processie is terug ontstaan kort na de Franse periode om te protesteren tegen de bemoeienissen van de Fransen: vrijheidsgedachten enzovoort. Het waren allemaal zaken die niet met de kerkelijke moraal strookten: tegen de waarden van de Franse revolutie. Omwille daarvan werden die processies, die in de loop van de achttiende eeuw onder de Oostenrijkers zo goed als verdwenen waren, gereanimeerd. Ze kwamen terug aan bod.
In 1994 was het de gewoonte in Meldert dat iedereen zijn beeldjes van heiligen buiten zette. De pastoor van dienst gaf toen de zegen. Ik heb toen ook vier paardjes buiten gezet; ter nagedachtenis van al de mensen die men ooit gevierendeeld heeft onder bevel van de inquisitie. Tussen die paardjes was er ook een standbeeldje van Stalin, vanuit een café in Leuven. Dat heb ik ertussen gezet en het heeft dus mee de zegen gekregen. Dat was niet opgevallen.
Op een bepaald ogenblik, rond 2000, had ik een terrasgesprek met de burgemeester in Hoegaarden en die zei: “Ik begrijp toch niet dat je als socialist en vrijzinnige vanuit Leuven in Meldert bent komen wonen. In Leuven waren er toch veel meer die achter dezelfde ideeën staan als jij. Daar ben je toch maar alleen?” Ik zei: “Ja, Frans. Ik weet het, maar Mao Zedong heeft ons gezegd dat we eerst het platteland moeten veroveren en dan pas de steden; daarom eventjes naar Meldert.” En ik vroeg: “Weet je waarom?” “Voor het voedsel?” “Nee, omdat we er veel gemakkelijker kunnen parkeren.”