VRIJZINNIGE VERHALENAVONDEN
Robert Voorhamme over school, onderwijs en Antwerpen
Robert Voorhamme: Ik denk dat er in het officieel onderwijs ook veel marktaandeel, om het zo uit te drukken, verloren is gegaan door slechte organisatie gewoon, in alle eerlijkheid. Het gemeenschapsonderwijs vandaag staat impliciet veel sterker dan het vroeger stond toen het rijksonderwijs was. Om de heel eenvoudige reden dat het een betere organisatiestructuur heeft vandaag dan een tijd geleden. De sterkte van het katholiek onderwijs is niet dat het één blok is, nee, nee, want het is niet één blok. Het katholiek onderwijs zijn vele blokjes en de sterkte is lange tijd geweest dat al hun aparte schoolbesturen een vrij sterke autonomie hadden. Welke indruk vrijzinnigen daar ook van mochten hebben. Dat heeft lange tijd een concurrentieel voordeel gegeven. Terwijl het rijksonderwijs allemaal centraal vanuit Brussel bestuurd werd en dus allemaal in een soort van gestandaardiseerde opvatting zijn onderwijs moest gaan organiseren met relatief weinig ruimte voor de individuele schooldirecties en met helemaal geen bestaande schoolbesturen op lokaal niveau. We zijn daar heel wat door kwijtgespeeld en het is bijvoorbeeld sinds in het gemeenschapsonderwijs de scholengroepen tot stand zijn gekomen dat – volgens mijn overtuiging en wat ik ervan zie – het gemeenschapsonderwijs vandaag alleszins veel beter gewapend is. Het zou nog kunnen geperfectioneerd worden, maar het is veel beter gewapend om de uitdagingen aan te gaan en om een performant onderwijs te kunnen realiseren. Dat is ook de reden waarom ik in het stedelijk onderwijs naar een verzelfstandiging heb gestreefd. Toen jij nog hoofdinspecteur was van het stedelijk onderwijs, was het stedelijk onderwijs nog een dienst van de stad en heel veel centraal gestuurd. Met als gevolg dat al die schooldirecties allemaal de indruk hadden dat zij eigenlijk niet veel meer waren dan een doorgeefluik en dus ook tekortschoten in het nemen van verantwoordelijkheid, in het uitbouwen van schoolteams en het voeren van een pedagogisch beleid op schoolniveau, want dat kwam van boven. Daar maak je niet het sterkste onderwijs mee. En dat was het verschil met het vrij onderwijs.