Pioniers van de vrijzinnig-humanistische zorg
Conny Verkest over vertrouwen
Conny Verkest: Het eerste dat ik daar doe is duidelijk zeggen waar de grens ligt: “Kijk, ik ben moreel consulent. Dat wil zeggen dat ik werk vanuit mijn overtuiging, dat ik opensta voor jou. Jij bent diegene die telt en ik probeer jou te ondersteunen. Ik bied hulp, in die zin dat ik er ben voor jou. Wij bouwen een vertrouwensrelatie op. Ik zal altijd eerlijk en oprecht zijn. Dat betekent ook dat ik niet meepraat in de teamvergaderingen. Wat je mij vertelt, gaat niet naar het team.” Dat is het grote verschil. Want in de psychiatrie praten ze met de psychologe, met de psychiater, met de maatschappelijk werker, met de verpleegkundige, en dat wordt dan in team besproken. Soms zeggen ze dan: “Nu ga ik iets aan jou vertellen, maar je mag het niet doorvertellen.” Daarop antwoord ik dan: “Oké, tenzij ik voel dat het gevaarlijk wordt. Als jij tegen mij zegt dat je zelfmoord gaat plegen, is het mijn verantwoordelijkheid om dat door te geven.” Daar ligt de grens. Als het voor mij niet gevaarlijk lijkt, blijft het bij mij. Zij hebben in mij met andere woorden iemand die van buitenaf komt – een contactpunt met de buitenwereld, met de maatschappij en met het gewone leven. Iemand die ze vertrouwen, iemand die luistert en vooral iemand die niet oordeelt. Ze mogen mij het kaf samen met het koren geven. Ik ben de container, gooi het er maar allemaal in; ik zal niet oordelen.
Lisa Dejonghe (interviewer): Weet je altijd welk ziektebeeld de patiënten hebben?
Conny Verkest: Dat is niet altijd gemakkelijk. Maar als het te onduidelijk is, ga ik het wel een keer vragen. Dan vraag ik: “Mag ik eens praten met je dokter of de verpleegkundige? Ik zou toch even willen vragen wat er met jou aan de hand is. Mag ik dat doen?” Maar ik schaad nooit het vertrouwen. Ja, in palliatieve zorg weet je natuurlijk ook een beetje de achtergrond. Ik zit ook in het palliatief team, maar dat is iets anders, de mensen verwachten dat daar, omdat het over medische zaken gaat, over bv. een tumor. Maar in de psychiatrie gaat het over de persoonlijkheid en over privézaken. Daar moet je heel erg opletten met vertrouwen en dat doe ik ook. Ik hoef echt niet alles te weten. Soms zeggen ze zelfs zelf: “Ga het maar vragen, dan moet ik dat allemaal niet uitleggen.”