Vrijzinnige verhalenavonden
Guy Bottu over eedaflegging, justitie en kruisbeelden
Guy Bottu: Dat was nodig om combattief te zijn. Ik herinner mij een anekdote. Misschien zou ik dat nu niet meer doen en ben ik lakser geworden. In de jaren zestig reed ik met een mini naar Leuven. Ik moest in Brussel zijn en de E40 bestond niet. Ik stopte over de brug aan de rode lichten. Waarschijnlijk door een verblinding door de zon, reed er een zware Mercedes, met een apothekeres van Sint-Truiden achter het stuur, op mij in en achter haar nog een andere wagen.
We moesten na een zekere tijd voor het gerecht verschijnen. Ik moest ook gaan. Wanneer het mijn beurt was, zei de griffier dat ik de eed moest afleggen: “Ik zweer de waarheid en zeg niets dan de waarheid. Zo helpe mij God.” Ik zei: “Ik zweer de waarheid en zeg niets dan de waarheid.” Hij zei: “Zo helpe mij God.” Ik zei: “Nee.” Ik zag hem denken: “Ik zit hier met een clown.” Hij begon toen een hele hoop artikelen op te zeggen en zei: “Dus moet u. Ik luister.” Ik zei: “Ik zweer de waarheid te zeggen, niets dan de waarheid”. De griffier nam mij aan de kant. Hij zag zijn namiddag en volgende dagen in rook opgaan. Hij zou veel moeten schrijven. Hij zei: “Luister. Waarom zeg je dat niet?” “Ik ben vrijzinnig.” “Het is goed zei hij, het is goed, maar weet je wat er gaat gebeuren als je dat niet zegt? Dan ga je veroordeeld worden,” en hij haalde een paar artikels aan. “Dan ga je moeten terugkomen en een hele rompslomp. Luister. Ik ga het voor u voorzeggen,” zei hij. Hij zei het opnieuw voor en ik zei hetzelfde. Hij nam mij terug aan de kant en zei: “Ik respecteer het. Ge zijt jong en strijdvaardig, maar je laat het hier volkomen in het honderd lopen. Ik ga met u een overeenkomst maken. Jij zegt: “Ik zweer de waarheid te zeggen, niets dan de waarheid. Blablabla.” en het is voorbij.” Misschien was ik een beetje geïmponeerd. Ik zei dus: “Ik zweer de waarheid te zeggen, niets dan de waarheid. Blablabla.” De griffier lachte en schreef in zijn boek dat ik de verklaring tekende. Ik ging mijn geld ophalen en de zaak was rond. Nu moet je het niet meer zeggen, maar moest ik vandaag nog voor dergelijke situatie geplaatst worden, dan zou er zelfs geen “Blablabla” gevolgd hebben. Ben ik verdraagzamer geworden of niet? Ik geloof dat we ervoor gezorgd hebben dat dergelijke situaties nu niet meer kunnen bestaan.
Wij hebben ervoor gezorgd dat de kruisbeelden weg waren. Ik heb nog geweten dat in alle gemeentescholen kruisbeelden hingen. Er is een lange weg afgelegd. Wij hebben veel gedaan. Onze kinderen kijken nu naar hetgeen wij gerealiseerd hebben en vinden dat goed.