Vrijzinnige voorvechters
Gerlant Van Berlaer over de keuze voor de VUB
Gerlant Van Berlaer: Ik zat op het atheneum in Vilvoorde en mijn beide ouders werkten aan de VUB. Mijn moeder gaf les in de Germaanse, onder andere aan Filip, en mijn vader was actuaris en is hier pas later in het actuariaat interesten, leningen, verzekeringen en zo van die ingewikkelde dingen komen geven. Maar mijn beide ouders waren VUB'ers en ik ben dus opgegroeid in een vrijzinnig VUB-nest. Ik herinner mij dat er aan tafel vooral veel discussies waren over problemen binnen de faculteit: “Die persoon wilt niet mee” en “Dat onderzoeksfonds krijgen we niet”, enz. Als kind kreeg ik vooral dat mee. Ik was een jaar te vroeg – dat was in die tijd de mode denk ik en was maar net 17 toen ik aan de VUB kwam. Ik moet toegeven dat ik mij niet ongelofelijk veel herinner van die periode, maar dat pad lag eigenlijk klaar. Pas achteraf, toen ik al een tijd aan de VUB zat, is het VUB-vuur in mij ontwaakt. Die eerste jaren vond ik de campus ontzettend lelijk. We hadden met de geneeskunde altijd les van 8u 's ochtends tot 6u 's avonds, ik had juist een lief in Vilvoorde – zij is trouwens nog altijd mijn vrouw; we hebben alles geprobeerd om van elkaar weg te geraken, maar zijn er nooit in geslaagd.
Tussen de VUB en het atheneum van Vilvoorde bestond er wel een soort samenwerkingsverband, want wij werden als laatstejaars uitgenodigd. Ik stapte in het station van Etterbeek met de rest van mijn klas van de trein en werd meteen bij mijn kraag gegrepen door iemand met een klak en een labojas. Hij brulde iets in mijn oor dat ik nooit begrepen heb. Hij brult nu trouwens nog altijd in mijn oor – hij zit daar helemaal links – en ik begrijp het nog altijd niet. Dat is dus niet veranderd, maar hij was wel de eerste persoon van de VUB die ik tegenkwam.