Pioniers van de vrijzinnig-humanistische zorg
Conny Verkest over het mortuarium
Conny Verkest: Vroeger was het hoofd van het mortuarium in Sint-Jan in Brugge een zuster. Dat was haar domein – dat was historisch zo gegroeid. Ik moest daar natuurlijk mijn plaatsje in vinden. Want ik moet in het mortuarium zijn als een van mijn patiënten sterft. Ik moet daar de familie opvangen, ik ga mee naar het mortuarium. Ik moet daar toch ook ergens mijn plaatsje vinden. Ik ga dus voordien gaan kijken of ze effectief niet met haar vingers gekruist ligt. Mooi zo. We hebben daar een kruis en een wijwatervat en weet ik nog wat. Nu is dat niet meer zo, nu staat dat daar niet standaard. Het wordt daar gezet als het nodig is, maar indertijd stond dat daar standaard. Ik sprak haar dan aan, legde haar uit dat het om een vrijzinnige familie ging en vroeg haar om een aantal zaken weg te halen en de handen mooi op elkaar te willen leggen. Dat was teveel gevraagd. “Baat het niet, dan schaadt het niet.” Hoe vaak ik dat niet heb moeten horen! Ik stond daar op. Ik bleef altijd vriendelijk, maar ik vertrok niet voor het in orde was.
Nu bestaan er strengere normen en dat is maar goed ook. Nu liggen de lichamen allemaal in kamertjes apart. Maar voor de introductie van de vlarem-normen lagen de lichamen nog tussen gordijnen. Soms trok je zo’n gordijn open en zat je bij een verkeerd lichaam. Je trekt het gordijn open: aan de muur hangt een ferm groot kruis, op het tafeltje liggen allerlei attributen, de handen liggen gekruist. Ik vraag dus: “Mag ik dat wegnemen?” Nee, dat kon niet, dat mocht er niet af. Dus zei ik: “Dan zal ik het lichaam verplaatsen.” Heel theatraal, met dat lichaam op die berrie. Gelukkig waren de familieleden er op dat ogenblik niet bij. Die arm vliegt naar beneden. Echt zeer oneerbiedig naar de kant. Helemaal op het einde, in het hoekje, mocht ik dan mijn mensen ontvangen, in het hoekje. Ik heb daar een bloemetje bij gelegd. Dat is allemaal uiteindelijk goed gegaan hoor. Maar in de beginperiode moest ik daar echt nog mijn plaatsje winnen.