Onderzoek
Het zegel of embleem van de VUB
1. Vóór academiejaar 1969-1970
Toen de Nederlandstalige leergangen van de Vrije Universiteit Brussel nog deel uitmaakten van de ULB gebruikte men het zegel van de ULB. Dat zegel werd in 1909 door de bekende beeldhouwer en médailleur Godfried Devreese getekend ter gelegenheid van de 75ste verjaardag van de Universiteit. Het stelt Sint-Michiel voor die met een toorts in de linkerhand en een zwaard in de rechter een gevleugelde demon (de duivel) doodt. De duivel rijst op vanuit de duisternis; het gevecht is dus een allegorie van het gevecht van het licht tegen de duisternis. De voorstelling is niet nieuw; sedert de 13e eeuw prijkt ze op het zegel van de stad Brussel.1 Volgens de legende zou St. Michiel de goddelijke bliksem meegekregen hebben om de duivel en de opstandige engelen mee te verblinden en te verslaan. Maar het licht op de achtergrond dat op de meeste 17de of 18de eeuwse schilderijen te zien is, wordt hier een toorts. Toortsen komen vanaf de Verlichting en zeker in het laatste kwart van de 19de eeuw regelmatig voor als symbool van het vrije denken en het Vrij Onderzoek. Het zegel dat de ULB tussen 1886 en 1909 gebruikte, geeft twee gekruiste toortsen weer. 2 In het Gulden Boek van Geen Taal Geen Vrijheid (1886) wordt een toorts met het opschrift 'Vrij Onderzoek' omringd door de symbolen van de faculteiten.
Dat de ULB bij haar 75-jarig bestaan de link met de stad tot uiting liet komen in haar zegel is niet verwonderlijk. De universiteit kreeg bij haar ontstaan in 1834 immers grote steun van het Brusselse stadsbestuur, waarvan verschillende leden in het bestuur van de universiteit plaats namen. In de 19e eeuw is het geloof in de wetenschap zeer groot en spreuken waarin de wetenschap een belangrijke rol toebedicht krijgt, komen frequent voor. Het bestuur heeft daarom het opschrift Universitas Bruxellensis - Scientia Vincere Tenebras (Universiteit van Brussel - door de wetenschap de duisternis overwinnen) toegevoegd. De Nederlandstaligen aan de ULB zetten daarrond Vrije Universiteit Brussel.
2. De keuze van een eigen embleem: 1970
Een zelfstandige universiteit had een eigen identiteit nodig, dus ging men op zoek naar een embleem voor de Vrije Universiteit Brussel.
Over het gebruik van de bedelzak als embleem bestond weinig discussie, maar de daarbij gebruikte leuze vergde heel wat meer overleg. Het bureau van de Raad van Beheer geraakte het er in de zitting van 5 maart 1970 niet over eens.3 Ging men voor een 'nieuwe' leuze (de historische tekst 'Jusques à porter la besace' werd geopperd4) of nam men de leuze van de ULB over? En als men de ULB-leuze 'Scientia Vincere Tenebras' bleef gebruiken, hield men dan de Latijnse versie aan of zou men ze vertalen naar het Nederlands? De voorstanders van de Nederlandse tekst vonden dat het gebruik van het Latijn teveel herinnerde aan de tijd toen "een zeker categorie zich door kledij en taal van het gewone volk wenste te onderscheiden". Ze vonden dat de democratische geest van een universiteit ook uit het embleem moest blijken.
Omdat er verdeeldheid was over de kwestie in het Bureau, werd de zaak voorgelegd aan de Raad van Beheer. 5 Ook daar waren er voor- en tegenstanders van de Latijnse spreuk. De ene meende dat een jonge universiteit niet moest teruggrijpen naar de 16de eeuw maar moest opteren voor iets dat de huidige generatie aansprak. De andere was dan weer voorstander van de Latijnse spreuk omdat die eervol was qua betekenis en ook internationaal begrepen zou worden. Dat er ook in de Raad van Beheer geen unanimiteit was over deze taalkwestie blijkt uit de stemming: 18 leden stemmen voor de Latijnse spreuk, 6 tegen en 7 onthouden zich.
Op 19 maart 1970 besluit de Raad van Bestuur dus dat het kenteken of zegel van de Vrije Universiteit Brussel voortaan zal bestaan uit een schild met de traditionele kleuren van de Vlaamse vrijzinnigheid (het oranje-blanje-bleu van de Princenvlag der Geuzen) en daarop de bedelzak met de verbonden handen van het Eedverbond der Edelen. Van een echt letterlogo is eigenlijk geen sprake, maar in de jaren daarop zullen de letters VUB vaak in allerlei vormen gebruikt worden.
Het in 1970 gekozen embleem voor de VUB verwijst dus naar het Nederlandstalige karakter van de universiteit (dmv van de vlag van de oude Republiek der Nederlanden en de referentie naar de Opstand van de 16e eeuw, die vooral refereert naar een grootse periode uit de Nederlandse geschiedenis). Daarnaast beklemtoont het door het gebruik van de vlag en de bedelzak van de opstandelingen de onafhankelijkheidszin en het ideaal van vrij denken en vrij onderzoek. De opstandelingen wilden niet ontrouw zijn aan de Spaanse koning maar vroegen godsdienstvrijheid (de vrijheid om katholiek of protestants te zijn). Ze vroegen zeker geen ongodsdienstigheid. De link naar onafhankelijk denken ligt dus in een heel ruime interpretatie van wat de Geuzen wilden.
De uiteindelijke keuze voor het gebruik van het Latijnse 'Scientia Vincere Tenebras' als leuze toonde aan dat men de banden met de moederuniversiteit ULB niet volledig wilde verbreken.
In een nota uit 1970 werd niet alleen uitleg gegeven over de oorsprong van de verschillende delen van het embleem, maar ook meer duiding gegeven over de achterliggende betekenis.
3. De juiste keuze?
De dienst Public relations was niet altijd gelukkig met de gekozen kleuren, omdat de combinatie oranje en blauw relatief schreeuwerig is.
Dat maakt het niet gemakkelijk mooie merchandising te voorzien. Vandaar dat er vaak gekozen werd om als vereenvoudigde eenheidskleur enkel het blauw te gebruiken.
Bovendien was oranje in de jaren 70 e.v. heel sterk de kleur van de CVP, terwijl blauw uiteraard meer naar de liberalen verwees.. Probleem daarbij was dat sommigen fel tot lichtblauw gebruikten en anderen donker marineblauw.
Omdat een huisstijl ontbrak en moeilijk voet aan de grond kreeg, is er geëxperimenteerd met allerlei lettertypes.
4. De invoering van een huisstijl: 2004
Het ontbreken van een echte huisstijl maakte het voor de dienst Public Relations problematisch om een sterke promotie te voeren. Zonder huisstijl deed iedere eenheid van de VUB immers min of meer wat hem inviel. Naar buiten toe was er daardoor geen eenheid. Daarom besliste de Raad van Bestuur op 30 maart 2004 om een nieuwe huisstijl te creëren. Voor deze taak werd een ruime commissie samengesteld, die besliste dat de VUB nood had aan meer visuele eenheid en herkenbaarheid. De commissie zag hierin tegelijk een kans om een nieuw logo uit te brengen. Het grafisch bureau Kunstmaan verwerkte de letters VUB in het logo en paste de kleuren aan naar de mode van de tijd.
Het oude embleem van de VUB werd nog wel gebruikt in het zegel, dat vereenvoudigd werd (alleen de twee handjes, de bedelzak en het schild werden in afgeslankte vorm behouden).
De rector benadrukte bij de introductie dat er aan het zegel en de spreuk vastgehouden werd. De discussie die erop volgde was soms bitsig, want de vertegenwoordiger van BSG en andere vertegenwoordigers van de studenten bekritiseerden de ontwerpen. De studenten misten de oorspronkelijke vrijzinnige symboliek en meenden dat een eeuw vrijzinnige strijd niet mag opgeofferd worden aan marketingpolitiek. Ook vonden ze de symbolen op het zegel nauwelijks herkenbaar.6 "Het schild was dus een mooi schild met de geuzenkleuren, de bedelzak en de handjes, door ons gebruikt als symbool niet alleen als de strijd tegen een dogmatisch en onderdrukkend geloof, voor de vooruitgang, de wetenschap en voor de ontplooiing van het individu, maar ook voor de strijd voor de eigen taal en het recht op eigenheid. Dingen die op een universiteit - zeker de onze - hoog in het vaandel gedragen dienen te worden",7 aldus Andrew Crosby in 2004, op dat moment vice-voorzitter van de Letteren en WijsbegeerteKring (LWK). Ook OSB is bij de huisstijlvernieuwing van de VUB uitermate kritisch over het verdwijnen van de kleurensymboliek en zal bij het herzien van haar logo enkele jaren later opteren voor het behoud van de oranje-blanje-bleu; geheel trouw aan de slogan van de VUB "redelijk eigenzinnig".
De nieuwe huisstijl werd door sommigen goed ontvangen en is over het algemeen redelijk opgevolgd. Maar het is tegelijk een gevoelig punt, want BSG, OSB en daarmee de hele studentengemeenschap gingen ostentatief niet mee.
Geraadpleegde literatuur
- GERLO (Aloïs). A. Gerlo, Universitaire kroniek. Brussel, 1992, p. 71.
- MULLER (D.G.). De oorsprong der Nederlandsche vlag, op nieuw geschiedkundig onderzocht en nagespoord. Amsterdam, 1862, p. 74.
- BE CAVA, Verslagen Raad van Bestuur VUB, 1970.
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Vlag_van_Nederland
Voetnoten
- DEFOSSE (Pol). Dictionnaire historique de la laïcité en Belgique. 2005, p. 275.↥
- VAN CRAENENBROECK (M.). Mémoire de métal. L'université Libre de Bruxelles en médailles, plaquettes et jetons. Brussel, 1999, p. 16.↥
- BE CAVA, Archief Secretariaat van de Raad, Notulen Bureau Raad van Beheer: Syntheseverslag van het Bureau van de Raad van Beheer op donderdag 5.3.1970, p. 103-104.↥
- 'Jusques à porter la besace' betekent 'Tot het dragen van de bedelzak'. De tekst is van april 1566. De lagere adel van de Nederlanden sluit in 1565 het 'Eedverbond der edelen'. De edelen stellen een smeekschrift op om aan landvoogdes Margaretha van Parma de mildering van de inquisitie en een zekere mate van godsdienstvrijheid te vragen (en ook wel om indirect meer politieke macht naar zich toe te trekken). De overhandiging overviel de landvoogdes omdat ze onverwacht plaatsvond tijdens de bruiloft van haar zoon in Brussel en één van de raadgevers van de landvoogdes, Karel van Berlaymont, zou toen gezegd hebben: 'Ne craignez rien, Madame, ce ne sont là que des gueux' (bedelaars). Het woord wordt opgevangen en de scheldnaam wordt als eretitel gebruikt. Dit is een typisch geval van het omkeren van rollen, dat schering en inslag was in de carnavalstijd. Drie dagen daarna houden de edelen een banket en zegt één van hun leiders, Hendrik van Brederode, dat ze om het land te redden, tot aan de bedelzak zullen gaan. Het banket eindigt met triomfantelijk geroep: 'Vivent les gueux!'. De bedelzak wordt al gauw als symbool op penningen in hout en lood (voor de armeren), en in zilver en goud (voor de rijkeren) afgebeeld, met op de ene kant de tekst 'En tout fidelles au Roy' en op de andere kant 'Jusques à porter la besace'. De adel droeg de penning aan een lint op de borst. Met hun verklaring van trouw wilden de edelen benadrukken dat met de raad die ze aan de landvoogdes gaven, de belangen van de Koning wilden dienen. De aanbieding van het smeekschrift wordt gezien als een belangrijke stap in de Opstand van de Nederlanden tegen de Spaanse koning.↥
- BE CAVA, Archief Secretariaat van de Raad, Notulen Tijdelijke Nederlandstalige Raad, 19 maart 1970, p. 200.↥
- De Moeial, jg. 22, 03/12/2004, p. 1-2.↥
- http://pub15.bravenet.com/forum/static/show.php?usernum=1220392418&frmid=1512&msgid=410695&cmd=show↥