Vrijzinnige voorvechters
Sonja Eggerickx over Humanistische Jongeren Ronse
Sonja Eggerickx: Ik moet zeggen, wij hebben in Ronse heel serieuze dingen gedaan, heel goede. Ik herinner mij nog heel goed debatten en dat was dan onder andere samen met OVM. Dat was een keer over Vlaanderen CVP-staat, eens een keer over abortus, dat was eigenlijk die waar ik de leukste herinneringen aan bewaar, ongeveer mijn laatste publiek optreden voor de geboorte van mijn oudste zoon. Er waren zoals dat toen absoluut het geval was, met openbare debatten over abortus – dat was toen nog verboden – mensen van Pro Vita, en je kon ze er zo uithalen als ze binnenkwamen. Zoals we een BOB’er (Bijzondere Opsporingsbrigade) herkenden in de zaal, konden we ook op dat soort debatten de Pro Vita-mensen uithalen. Er was zwangere mevrouw erbij, maar ik was echt hoog hoog zwanger en het was echt niet weg te stoppen. Ik ben op een bepaald moment rechtgestaan om die het woord af te nemen en gezegd - en wijzend naar mijnen buik - : ‘En dit een gewenst kind en ge weet niet hoe belangrijk dat is om gewenst te zijn, en ge vertelt maar praat’. Ik was echt heel kwaad, omdat die zo deden alsof vrijzinnigen, wij die groep mensen die daar zaten, allemaal voor de legalisering van abortus waren, of wij dus de grote kindermoordenaars waren, dus dat kwam toevallig goed uit dat ik echt hoogzwanger was om aan te tonen dat we de kindjes echt niet allemaal ‘vermoorden’. Ik weet niet wat allemaal was.
Jimmy Koppen (interviewer): Speelt dat soort thema’s dan mee bij HJ in die jaren? Was dat typisch voor jongerenorganisaties?
Sonja Eggerickx: Neen, maar dat was er zeker een onderdeel van. Wij hebben met HJ ook weekends georganiseerd rond anticonceptie. Wij deden daar absoluut in mee, dus dat was belangrijk.
Jimmy Koppen (interviewer): waren er concrete acties die men dan deed ter bewustwording? Of hoe?
Sonja Eggerickx: Ja, acties hebben we als zo’n publiek debat, dat wel. En het steunen van, als er iets anders was, van iemand anders, van een andere organisatie. CGSO (Centrum voor Gezinsplanning en Seksuele Opvoeding) bijvoorbeeld, die een voordracht kwamen geven in het cultureel centrum, dan gingen we daar naartoe om dat mee positief te ondersteunen.
Jimmy Koppen (interviewer): waren er dan banden tussen die CGSO en de vrijzinnige verenigingen of was dat gewoon?
Sonja Eggerickx: Niet formeel, maar informeel wel, omdat er heel veel mensen die lid waren van vrijzinnige organisaties ook zeer actief waren in het CGSO. Ik denk bijvoorbeeld aan Gerda Dieltjens, hier in Gent. Dat was een natuurlijk bondgenootschap. Feminisme ook, ik ben ook bij Dolle mina geweest. Daar waren ook een pak vrijzinnige vrouwen omdat dat nogal in de lijn lag van ons emancipatiestreven, natuurlijk.
Jimmy Koppen (interviewer): Maar het is nooit geïnstitutionaliseerd geraakt, zoals de Dolle mina’s, dat waren?
Sonja Eggerickx: Neen, dat was een groep, wij kwamen bijeen, en er waren wel mensen die, iemand als Chantal Desmet bijvoorbeeld, die duidelijke leiderscapaciteiten had ¬- en dat bedoel ik nu absoluut positief - die de groep kon bijeenhouden, die wist wat er gaande was. Maar dat is nooit, en er was een groep in Antwerpen, en er was een groep in weet-ik-waar-allemaal, maar wij hadden persoonlijke contacten – maar dat waren echt allemaal persoonlijke contacten.
Jimmy Koppen (interviewer): Hoe waren de standpunten, of de verhoudingen tussen HJ en de andere verenigingen, OVM, HV, … in die jaren?
Sonja Eggerickx: Oh, dat was altijd heel plaatselijk. Bijvoorbeeld omdat ik ook in OVM Ronse zat, was dat weer een natuurlijk bondgenootschap, dus OVM zal de jongeren steunen zonder problemen. Wij vroegen iets aan OVM, OVM betaalde al eens een bus als wij naar toneel wilden gaan of zo. Dat was zeer goed. Nationaal was dat natuurlijk iets anders, in die zin dat je dus mensen hebt, ego’s die overal terecht, overal zitten, en die niet willen onderdoen voor een ander en die dwars gaan liggen, ook met HJ. Dat is een van de redenen dat ik echt niet meer verder wou, omdat ik dat niet in de hand had, omdat figuren op de achtergrond veel sterker waren dan ik in het manoeuvreren. Het is tot processen gekomen. HJ dat dan een proces aandeed aan UVV, maar dan ook aan Prik. Dat was niet de fraaiste periode, maar ik heb toen beslist om uit HJ te gaan, maar verder te blijven werken in Humanistisch Verbond. Ik was daar heel ongelukkig om. Dus het is niet zo dat ik gezegd heb: heel die vrijzinnigheid de pot op; nee, ik heb daar ook wel de waarden van in gezien, van verenigd te zijn.
Jimmy Koppen (interviewer): Over hoeveel leden zou je dan zo spreken in die jaren bij HJ? Enig idee van hoeveel de omvang zou geweest zijn?
Sonja Eggerickx: Ik weet het echt niet meer, dat is nu echt in alle eerlijkheid, ik heb een heel slecht geheugen voor getallen. ik denk dat – ik had een hekel aan wiskunde, ik kon dat niet, en ik zeg nog altijd mijn gordijntje gaat dicht als er getallen komen. Ik kan het niet onthouden, ik wil het niet onthouden. Het is pas de laatste jaren dat ik denk: ik moet telefoonnummers onthouden en dat is belangrijk dat ik mijn geheugen oefen, maar ik weet het waarlijk niet.
Jimmy Koppen (interviewer): Wat als we nu even die periode …
Sonja Eggerickx: In Ronse waren er zeker 50 – 60 betalende leden.
Jimmy Koppen (interviewer): Wat toch vrij veel is … voor Ronse
Sonja Eggerickx: Ja, maar ja, dat waren de leerlingen, ik spreek van HJ, de leerlingen zedenleer. Ik was toen uiteraard nog veel jonger en ik was heel erg dynamisch met hen bezig. Wij gaven dan ook afslag als we film gaven voor de leden. Dat was een film of 5 per jaar, de woensdagnamiddag dat ik draaide, films die ze in Ronse anders niet zagen. Nu gaan jongeren naar Doornik of Gent vanuit Ronse, maar toen was dat allemaal niet zo evident. toen moesten ze met hun ouders mee als die al eens naar de film gingen. Wij gaven dan toch wel – natuurlijk niet direct hetzelfde jaar – maar wij gaven een “Beatles”, “If”, dat soort dingen en … ja dat had enorm veel succes. Vuile Mong, en zijn Vieze Gasten zijn een paar keer in Ronse komen optreden, Bots is een keer een enorm succes geweest, dus we deden wel iets. Eigenlijk hebben wij met Humanistische Jongeren toch wel bakens verzet in Ronse. Zo van in dat ingeslapen dorpje, dat stadje dat door de textiel die wegging, dat echt verpauperde, verarmde, … en dat is toch wel…
Jimmy Koppen (interviewer): Het ligt ook op een uithoek, natuurlijk.
Sonja Eggerickx: Het ligt op een uithoek, maar het is… Ik kan nog als je van Gent naar Ronse rijdt, en je komt boven op de Kruisberg en je ziet in het dal Ronse liggen, dan denk ik: ‘Ah, Ronse!’. Nog altijd, ik heb daar een heel goede herinnering aan.