Pioniers van de vrijzinnig-humanistische zorg
Conny Verkest over haar ervaringen als moreel consulent (1)
Conny Verkest: Er was ook eens een man die in het ziekenhuis lag en een slechte diagnose had gekregen: kanker met uitzaaiing. “Het zal slecht aflopen,” hadden ze hem verteld, “u hebt nog maanden, maar uw leven wordt beperkt.” De verpleegkundige belde mij: “Conny, kan jij komen? Want wij kunnen er geen kant mee uit.” Die man was effectief heel kwaad. Het personeel moest niet te veel zeggen, want het was allemaal te veel. Als ze met een kop koffie kwamen aanzetten, zei hij dat ze die mochten steken waar de zon niet schijnt, en meer zo’n dingen.
Ik ging zijn ziekenhuiskamer binnen en stelde mij voor. Het personeel had mij verteld dat deze patiënt niet gelovig was en hij bleek effectief vrijzinnig te zijn. “Mag ik mij even bij jou zetten?” vroeg ik hem. (Ik probeer tijdens gesprekken met patiënten altijd neer te zitten, omdat je anders op hen neerkijkt). Dat mocht, dus ik zette mij neer. Ik zei tegen hem dat ze mij gebeld hadden, want hij moest toch weten waarom ik daar was. Ik legde hem uit dat ik dacht dat het zou kunnen helpen als ik luisterde naar zijn verhaal en met hem praatte en ik vroeg hem of dat goed was, of dat mocht. En hij begon te vertellen. Ik reageerde en we hadden een goed gesprek. “Ja, kom maar terug,” zei hij. De volgende dag ging ik dus terug en zo hebben we dat stilletjes aan opgebouwd.
Die man is nog een hele tijd in therapie geweest. In en uit het ziekenhuis en ook thuis. Ik ben hem blijven volgen, ook thuis. En op een gegeven moment zei hij tegen mij – ik ga dat nooit vergeten – “Conny, je brengt rust en zekerheid en dat troost mij. Je moet me beloven dat je blijft komen.” Ik antwoordde: “Het enige dat ik kan doen is beloven dat ik er zal zijn voor jou. Ik ben niet bang,” – en dat is ook zo: veel mensen lopen weg omdat ze bang zijn –, “ik blijf komen en je mag me altijd bellen.” En dat heeft hij ook gedaan.
Op een gegeven moment moest hij dan een pomp krijgen. Dat was psychologisch voor hem de volgende stap. Het ziekte-inzicht groeide bij hem en die pomp mocht komen, maar eerst moest hij daarover met mij bellen. En ik moest er bij zijn toen ze die pomp staken. Dat zijn momenten die je niet vergeet.