Vrijzinnige verhalenavonden
Alain Vannieuwenburg over opleiding moraalwetenschap, Gent, Jaap Kruithof, Lucien De Coninck, Etienne Vermeersch en niet-confessionele zedenleer
Alain Vannieuwenburg: De opleiding Moraalwetenschap – als je dat in Gent durfde zeggen, kreeg je een trap voor je kont – in Gent heeft zich steeds geprofileerd als een buitenbeentje. In die zin dat het de bedoeling van de founding fathers – je hebt daar een Jaap Kruithof, een Leo Apostel, een Etienne Vermeersch, een Lucien De Coninck, maar je hebt dan ook mensen waar je niet onmiddellijk aan zou denken, zoals een Gerda De Bock, enz. – was om een wetenschappelijk onderbouwde autonome ethiek tot stand te brengen. Je werd op dat ogenblik niet klaargestoomd om leerkracht zedenleer te worden – of ik heb het althans nooit zo ervaren. Later heeft men dat curriculum aangepast en spijtig genoeg verzwakt. Men wilde gewoonweg vanuit een multidisciplinaire benadering onderzoeken of het mogelijk zou zijn om te komen tot een wetenschappelijke rationele ethiek. Dat vond je onder andere bij Jaap Kruithof, de man die je in de eerste kandidatuur “De zingever” te vreten gaf. Dat was een onvoorstelbaar werk waarin hij ongenadig het menselijk handelen disseceerde. Hij heeft dat verdergezet in zijn tweede werk, “Eticologie”. Dat vond je op verschillende momenten terug in die opleiding. Ik ben daar niet buitengekomen als leerkracht moraal; je werd ook niet verondersteld leerkracht moraal te worden. Jaap Kruithof – ik denk aan dat beruchte interview met Paula Sémer op de beeldbuis – was ook de man die dat werkje “Jeugd voor de muur” gepleegd had, waarin hij anticonceptie – je moet het maar doen! – in de jaren 1960 bespreekbaar durfde te maken. Ik herinner mij een heruitzending van die aflevering, waarbij de nonkel pater die daar zat, niet wist wat hij hoorde. Dat was natuurlijk ook de stijl van Jaap Kruithof. En dat is ook nu nog de stijl van een Etienne Vermeersch, maar je had dat ook bij een Lucien De Coninck, bioloog. Het curriculum was strikt wetenschappelijk. Je kreeg algemene biologie en fysiologie, neurologie, neuropathologie, enz. Men probeerde dus in het hoofd van de mensen te gaan zoeken en een rationele basis te creëren voor een ethisch handelen.